Inhoudsopgave

Sport en eetproblemen

Loopt mijn sporter risico?

Terug

Sporters hebben een verhoogd risico op het vertonen van symptomen van een eetprobleem in vergelijking met de niet-sportende bevolking. In de sportclub speelt voeding een belangrijke rol. Hierdoor is er binnen de sportomgeving een verhoogde aandacht voor eet- en drinkgewoonten. De sportcontext is daarenboven een competitieve omgeving. Het lichaam is de tool om prestaties te behalen. Hierdoor ligt er ook een grote focus op het lichaam. Heersende mythes zoals ‘the thinner is the winner’ en sport-specifieke gebruiken zoals lichaamsmetingen, wedstrijdgewicht kunnen bijgevolg leiden tot een preoccupatie bij de sporter rond gewicht en lichaamsvormen, en problemen in het lichaamsbeeld. Sporters zijn bovendien uit zichzelf vaak gedreven personen en gevoelig voor perfectionisme. Dit maakt hen goede sporters, maar dit zijn eveneens eigenschappen die hen vatbaarder maken voor het ontwikkelen van eetproblemen.

Om in te schatten of je sporter risico loopt, kijk je naar de balans tussen de aanwezige beschermende factoren en risicofactoren:

Algemene risicofactorenAlgemene beschermende factoren
Preoccupatie met gewicht en lichaamsvormenFocus op een gezonde leefstijl i.p.v. gewicht
Negatief affectKunnen omgaan met problemen (emotieregulatie)
Problemen in zelfbeeldPositief zelf- en lichaamsbeeld
Eten als manier om emoties te regulerenSterke eetvaardigheden
Interpersoonlijke problemenVerbondenheid met familie, vrienden, sport team
Druk vanuit de omgevingMediaweerbaarheid

Sport-specifieke risico’s

Binnen de sportcontext worden een aantal specifieke situaties en activiteiten onderscheiden, die als ‘risicovol’ worden beschouwd. Het wordt aangeraden om extra waakzaam te zijn bij één van volgende gebeurtenissen:

  • Op jonge leeftijd starten met trainen op hoog niveau (mogelijke interferentie met groei en puberteit)
  • Niet selectie of de-selectie
  • Grote sprong in trainingsbelasting (bv. naar een hoger team promoveren)
  • Wijzigingen in lichaamssamenstelling of gewicht volgend op puberteit of blessure/ziekte
  • Weeg- en meetmomenten (risico vergroot bij onvoldoende uitleg en bekendmaken van resultaten in groep)
  • Druk om de lichaamssamenstelling of het gewicht te veranderen (bv. gewichtsklasse bij wedstrijden)

Lage energiebeschikbaarheid

Het hoge energieverbruik van sporters vraagt om voldoende energie-inname via voeding. Tegelijk zoeken sporters ter verbetering van hun prestaties naar een optimale energie balans en lichaamssamenstelling. Dit vraagt heel wat kennis en vaardigheden en maakt hen vatbaarder voor het ontwikkelen van Lage Energie Beschikbaarheid (Low Energy Availability; LEA), met mogelijk RED-S als gevolg.

Energiebeschikbaarheid (EA) = de hoeveelheid energie die beschikbaar is om de gezonde werking van het lichaam te ondersteunen, nadat de energie voor lichaamsbeweging werd afgetrokken van de energie-inname via de voeding.​
Lage energiebeschikbaarheid (LEA) = Het gebrek aan energie om normale lichaamsfuncties van brandstof te voorzien, vanwege een onevenwicht tussen de totale energie- inname via voeding en de energie verbruikt door training. Langdurig lage energiebeschikbaarheid kan leiden tot RED-S of een eetstoornis

Lage Energie Beschikbaarheid kan optreden bij sporters zonder een eetstoornis, zoals door ontoereikende kennis over voeding of een gebrek aan eetlust in combinatie met een laag/normaal lichaamsgewicht, zware trainingsbelasting en weinig aandacht voor herstel. LEA kan eveneens een eetstoornis uitlokken. Symptomen van één van beide, vereist inschatting naar de aanwezigheid van de ander.

Weeg- en meetmomenten

Evaluatie van de lichaamssamenstelling is heel gebruikelijk in de sport, maar de vraag is of het altijd nodig is en of het de gezondheid en het welzijn van de sporter garandeert. Meer en meer gaan er stemmen op om het wegen en meten sterk te verminderen en niet meer uit te voeren bij jonge sporters. Weeg- en meetmomenten blijken namelijk ten koste te gaan van een positief zelfbeeld en leggen een grote nadruk op gewicht. Ga daarom doordacht om met meten en wegen. Bekijk de huidige aanpak kritisch en stem de richtlijnen af met de federatie.

Wanneer er toch een meet- of weegmoment plaatsvindt, hou dan zeker rekening met onderstaande punten.

BASIS PRINCIPES:

  • First do no harm. De mentale en fysieke gezondheid van een sporter staat steeds voorop en krijgt voorrang op het verbeteren van prestaties.
  • Wees spaarzaam. Motiveer elke beoordeling van de lichaamssamenstelling en vermijd routinematig wegen om te wegen. De gegevens die uit de beoordeling worden verkregen, moeten worden gebruikt om trainings- en/of voedingsinterventies te beoordelen of te informeren.
  • Hou altijd rekening met leeftijd, ontwikkelingsniveau en competitie niveau.
  • Elke sporter blijft baas over zijn of haar lichaam. De sporter en eventueel ouders/voogd worden ten alle tijde betrokken bij het keuzeproces om al dan niet een lichaamsanalyse te doen via inspraak en geïnformeerde toestemming.
  • Lichaamsmetingen mogen nooit afgedwongen worden. Wees waakzaam voor verborgen negatieve of straffende gevolgen bij weigering.
  • Elke sporter heeft recht op vertrouwelijkheid. Beoordelingen gebeuren vertrouwelijk en nooit in groep.
  • Metingen worden uitgevoerd en geïnterpreteerd door gediplomeerde en opgeleide personen (bv. ISAK huidplooimeting, Dexa) Deze maken idealiter deel uit van het interprofessionele team.

VERTROUWELIJKHEID:

• Alle gegevens met betrekking tot de beoordeling van de lichaamssamenstelling (beoordeling, feedback, opslag van gegevens) moeten worden behandeld als vertrouwelijke medische informatie.

• De sporter moet worden geïnformeerd rond waar en voor hoe lang informatie wordt opgeslagen, en wie toegang heeft.

• Een sporter heeft het recht om te kiezen of toegang te weigeren tot hun lichaamssamenstellingsbeoordelingsgegevens

• Gegevens over de lichaamssamenstelling mogen niet worden weergegeven in een gemeenschappelijke ruimte

• Individuele beoordelingsgegevens over de lichaamssamenstelling mogen niet in groepsverband worden besproken

ZORGPUNTEN:

  • Wees extra waakzaam wanneer je sporter een geschiedenis heeft van eetproblemen of momenteel problemen ervaart. Stem af met het (para)medische team (sportdiëtist, psycholoog en/of arts).
  • Indien naar aanleiding van de lichaamsgewichtbeoordeling een wijziging in de lichaamssamenstelling wordt gesuggereerd, moet de atleet hier ook de nodige deskundige ondersteuning in kunnen krijgen.

Bron: AIS, Body composition Assessment

Persoonlijke kenmerken die een sporter vatbaarder maken

Niet alleen activiteiten binnen de sportcontext kunnen een sporter vatbaarder maken, ook enkele persoonlijke eigenschappen en gebeurtenissen in het leven van een sporter, kunnen het risico op het ontwikkelen van een eetprobleem vergroten. Deze kunnen gebalanceerd worden, door extra aandacht voor het versterken van beschermende factoren.

Psychologische risico’s

  • perfectionisme
  • controle of dwang
  • negatief lichaamsbeeld
  • lage zelfwaardering
  • vermijdende stijl

Biologische risico’s

Periodes van groei en/of puberteit vormen een risico op het ontwikkelen van een eetprobleem bij sporters:


  • De groeispurt, betekent grotere energiebehoefte. De sporter heeft voldoende kennis nodig over voeding om zich aan deze nieuwe noden aan te passen.
    • Inzetten op eetcompetenties beschermt.
  • Veranderend lichaam, betekent je lichaam opnieuw leren kennen. Er bestaan daarnaast ook heel wat vooroordelen in de sportwereld (mythes) over het ‘volgroeide’ lichaam. Dit kan angst geven bij de sporter, waardoor deze de veranderingen probeert tegen te gaan.
    • Inzetten op een positief lichaamsbeeld beschermt.
  • Volop in identiteitsontwikkeling, betekent uitzoeken wie je bent en wilt zijn. Voor jongeren die intensief trainer, is de sportomgeving een belangrijk deel in hun leven. Sommige jongeren ervaren tijdens de puberteit een conflict tussen enerzijds de behoefte aan autonomie en experimenteren, en anderzijds de vereisten voor trainingen.
    • Zelfwaardering bij je sporter versterken en groeibevorderend coachen, beschermen.
  • Hormonen en cognitie in ontwikkeling, betekent sneller emotioneel.
    • Aandacht hebben voor emotie regulatie en deze versterken, komt de groeiende sporter ten goede.

Omgevingsrisico’s

  • Ingrijpende gebeurtenissen (verhuis, …)
  • Druk of stigmatisering omtrent uiterlijk of gewicht
  • Druk en aandacht vanuit (sociale) media
Survey
OPGELET! Dit is de oude website van Eetexpert.