Toolbox voor ouders van een kind met een eetstoornis
Wat is er an de hand?
Eetstoornis herkennen
Risicofacoren
Gevolgen
De eetstoornis begrijpen
Wat is er an de hand?
Video: Getuigenissen van ouders: kan je beschrijven hoe je je voelde toen je begon te merken dat je kind problemen had met eten? (verschillende problematieken: tijdelijke hapering, eetprobleem, eetstoornis)
Heel wat kinderen en jongeren maken wel eens een tijdelijke hapering door in het eetgedrag. Vaak kan je deze verandering begrijpen vanuit de ontwikkelingsfase waarin je kind zit.
Een eetprobleem is een verstoring in het gezonde eetgedrag die wat langer duurt. Het gaat niet meer om een ‘normale’ hapering in het eetgedrag. Het eetgedrag verloopt gespannen. Het eetprobleem concentreert zich vooral aan tafel en tijdens de eetmomenten, maar heeft geen invloed op de activiteiten in de tijd buiten het tafelen.
Een eetstoornis verstoort niet alleen het eetgedrag tijdens de maaltijdmomenten. Maar beinvloedt stilaan meer activiteiten tussen de maaltijdmomenten.
De soorten eetstoornissen worden omschreven in de DSM-5.
In de media zie je daarnaast ook de termen verschijnen:
Aanvullend worden in de DSM-5 de voedingsstoornissen omschreven:
Eetstoornis herkennen
Een eetstoornis herkennen en erkennen kan moeilijk zijn voor ouders en voor betrokken zorgverleners zoals de huisarts. Waar begin je?
Ga niet af op gewicht als signaal van een eetstoornis. Veel eetstoornissen gaan gepaard met een normaal gewicht.
Om van een eetstoornis te spreken zijn er signalen op vlak van:
Hieronder vind je checklists met signalen van een eetstoornis. Deze checklist kan je helpen om signalen te herkennen en erover te communiceren met je kind, je partner of een zorgverlener.
Risicofacoren
Eetstoornissen komen voor in alle lagen van de bevolking bij zowel meisjes als jongens. Maar sommige jongeren lopen wat meer risico. Hieronder vind je veel voorkomende factoren die kunnen meespelen.
De onmiddellijke aanleiding van een eetstoornis kan divers zijn.
De grootste groep waarin eetstoornissen ontstaan, bestaat uit jongeren die eigenlijk alleen maar een paar kilo willen kwijtraken, de ‘doorsnee afslankers’.
Opvallend is dat meisjes en jongens die uiteindelijk een eetstoornis ontwikkelen, vaak andere motieven hebben om af te slanken dan degenen die slechts een paar kilo’s willen afvallen.
Er zijn specifieke risicofactoren bij mannen (in onze cultuur).
Een eerste risicogroep voor het ontwikkelen van een eetstoornis vormen de mannen en jongens die sporten beoefenen waar slank zijn een voordeel is. Turners, lopers, jockeys, worstelaars, boksers, zijn kwetsbaar: Worstelaars en boksers kunnen in een lagere gewichtsklasse kwalificeren. Bodybuilders willen veel spieren hebben, desnoods door vloeistof of lichaamsvet sterk te beperken.
Een tweede groep met een hoger risico op een eetstoornis zijn homoseksuelen en transgenders, mogelijk door de druk die ze ervaren om aantrekkelijk te zijn en een geïdealiseerd lichaamstype na te streven (slank en gespierd).
Ook sociale media speelt een rol bij mannen. Net zoals bij meisjes en vrouwen, is de tendens om zich te vergelijken met het ideale mannelijke lichaamsbeeld aanwezig. Dit brengt onzekerheid met zich mee. De duidelijk omlijnde buikspieren (“six-pack”) en de V-vormige buik van de Griekse standbeelden zijn kenmerken van het ideale mannelijke lichaamstype. Omdat jongens en mannen vaak een bepaald gewicht en een bepaalde spiermassa willen bereiken, gaan ze soms ‘makkelijke oplossingen’ kiezen en bv. steroïden gebruiken om dit onmogelijk doel snel te bereiken. Andere middelen zoals proteine supplementen, Ephedra en creatine worden eveneens misbruikt. Deze supplementen kunnen gevaarlijk zijn voor de gezondheid en moeten echt worden afgeraden. Het blijkt dat atleten die geneigd zijn deze supplementen te gebruiken, ook een verhoogd risico op het gebruik van anabole steroïden vertonen. Steroïde- gebruik kan leiden tot acné, borstontwikkeling, hartaanval of gestoord hartritme, prikkelbaarheid, depressie, kanker en seksuele problemen.
Gevolgen
De eetstoornis heeft gevolgen op veel vlakken
Strikte diëten en/of eetbuien zorgen voor een verstoring van het eetgedrag en het eetpatroon. Er is geen normaal honger- of verzadigingsgevoel meer. Vooral emoties en gedachten bepalen het eetgedrag. En de gezonde behoeften van het lichaam komen steeds meer op de achtergrond.
Een eetstoornis heeft een impact op het lichaam. Afhankelijk van de symptomen kan er ondergewicht of overgewicht optreden. Zowel een extreem laag gewicht als een extreem hoog gewicht brengt risico’s met zich mee. Ook de manier waarop de jongere compenseert (braken, laxeren, extreem sporten…) veroorzaken lichamelijke symptomen en risico’s.
Eén van de mechanismen die eetstoornissen onderhoudt is een gebrekkige emotieregulatie. Vaak zien we dat niet-eten of eetbuien functioneren als een manier om met een aantal problemen of moeilijke gevoelens om te gaan. Zo kunnen eetbuien en purgeergedrag dienen als afleiding van een negatief gevoel, of tijdelijk troost bieden.
Omdat een eet- of gewichtsprobleem vaak een rol speelt bij omgaan met allerlei gevoelens of emoties (onzekerheid, eenzaamheid, verdriet, kwaadheid) is bewustwording van eigen emoties en stemmingswisselingen belangrijk om vervolgens gepaste copingstrategieën te kiezen. Dit geldt ook voor kinderen met overgewicht die emotioneel eten hanteren als copingstijl om met angst om te gaan, bij gebrek aan andere emotieregulatiemechanismen.
Bij jongeren met eetstoornissen komt vaak een laag zelfbeeld of laag gevoel van eigenwaarde voor. Dit kan zowel oorzaak als gevolg zijn van de eetstoornis. Een negatieve zelfbeoordeling staat vaak centraal: in vergelijking met anderen voelt men zich meestal de mindere. Typisch komt dit tot uiting in negatief gekleurde denkpatronen. Kenmerkend is ook dat stemming en zelfwaardering kunnen schommelen volgens het gewicht op de weegschaal.
Een eetstoornis heeft een invloed op de manier waarop de jongeren met anderen omgaat. Ook roepen eetstoornissymptomen allerlei reacties uit bij mensen in de omgeving van de jongere: bij vrienden, in de klas en vooral in het gezin. Vaak zal de jongere zich steeds meer terugtrekken en isoleren van anderen. Ook defensieve reacties naar vrienden en familie komen vaak voor wanneer ze goedbedoelde commentaar geven over de veranderingen die ze zien.
Jongeren met een eetstoornis hebben vaak een negatieve lichaamsbeleving.
Lichaamsontevredenheid
Dit is de mate waarin je ontevreden bent over je lichaam, en een negatieve inschatting maakt van je lichaam. Zoals lichaamsvormen, gewicht en uiterlijk.
Kenmerken
Lichaamsontevredenheid herkennen aan gedrag
Het streven naar een slanker uiterlijk of mooier figuur kan beschouwd worden als een poging om een negatief zelfbeeld te verbeteren vanuit de gedachte: “als ik er beter uitzie dan zal ik me ook beter voelen”. Velen hebben een vervormde perceptie van hun lichaam en/of vermijden lichaamscontact.
Veel kinderen met een eetstoornis blijken hun lichaam niet meer te kunnen of te willen voelen. Ze sluiten zich af voor allerlei lichamelijke sensaties. Dus niet alleen voor honger en verzadiging, maar ook voor warmte en kou, vermoeidheid en pijn.
De eetstoornis begrijpen
Welke diagnose er uiteindelijk gesteld wordt, hangt af van de balans tussen lijngedrag, eetbuien en compensatiegedrag, die een impact heeft op het gewicht.
Als je vermoed dat je kind een eetstoornis heeft, kan het moeilijk zijn om je voor te stellen waarom je kind zo worstelt met eten. Hier zijn enkele van de meest voorkomende gedachten die mensen met een eetstoornis ervaren. Deze gedachten geven je kind een vals gevoel van veiligheid en controle. Herken je patronen in de gedachtengang van je kind?